Advies 321: Kerncompetentie onvoldoende transparant gedefinieerd. Motivering van selectiebeslissing onvoldoende.
Aanbesteding van schoonmaakdiensten van een museum. Beklaagde heeft twee kerncompetenties gedefinieerd: 1. Ervaring met het schoonmaken van multifunctionele gebouwen en 2. Ervaring met het schoonmaken van publiekelijk toegankelijke panden met zeer wisselende gebruiksintensiteit.
De Commissie constateert dat beklaagde bij de eerste kerncompetentie onderscheid maakt tussen ruimten en functies, maar dat onderscheid in haar Selectieleidraad niet heel strikt en consequent heeft aangebracht en toegelicht. Ten aanzien van de weging van het aantal functies, is naar het oordeel van de Commissie in de Selectieleidraad niet duidelijk vermeld dat dit aantal met een soort wiskundige formule wordt omgerekend tot een score. Er staat immers in de Selectieleidraad: ‘hoe meer vergelijkbaar met die van beklaagde, hoe beter’. Dat is naar het oordeel van de Commissie niet hetzelfde als: ‘hoe groter dit aantal, hoe beter’, wat kennelijk de regel is die beklaagde heeft toegepast. De Selectieleidraad is derhalve onvoldoende transparant.
Ten aanzien van de beoordeling van de tweede kerncompetentie overweegt de Commissie dat hierbij drie aspecten een rol spelen en dat die aspecten even zwaar tellen. Beklaagde heeft alleen een motivering gegeven die een puntenaftrek met betrekking tot het tweede aspect kan rechtvaardigen terwijl zij voor wat betreft het eerste en het derde aspect naar het oordeel van de Commissie geen reden had puntenaftrek toe te passen. Omdat een gegadigde met zijn referentie voor kerncompetentie 2 maximaal 10 punten kon verdienen, is beklaagde naar het oordeel van de Commissie afgeweken van de in de Selectieleidraad vastgelegde beoordelingsmethode door aan klager voor deze referentie slechts 3 punten te geven.