Advies 292: Leidt het niet invullen van een aantal besteksposten in de inschrijvingsstaat terecht tot het ongeldig verklaren van de inschrijving? Is de ongeldigverklaring van de inschrijving onjuist en te laat gemotiveerd?
Leidt het niet invullen van een aantal besteksposten in de inschrijvingsstaat terecht tot het ongeldig verklaren van de inschrijving? Is de ongeldigverklaring van de inschrijving onjuist en te laat gemotiveerd? Moet een aanbestedende dienst ook in een meervoudig onderhandse procedure een opschortende termijn in acht nemen?
Beklaagde heeft de inschrijving van klager terecht ongeldig verklaard, nu klager een aantal besteksposten in haar inschrijvingsstaat niet van toepassing heeft verklaard in weerwil van het feit dat bij die besteksposten sprake is van resultaatsverplichtingen. Van een inschrijver die constateert dat een bepaalde resultaatsverplichting ten onrechte in het bestek is opgenomen, mag bovendien verwacht worden dat hij de aanbestedende dienst verzoekt de desbetreffende bestekspost te verwijderen, dan wel te bepalen dat de post open wordt gelaten of bij die post “niet van toepassing” kan invullen.
Beklaagde heeft met nadere toelichting geen nieuwe redenen voor het ongeldig verklaren van de inschrijving van klager aangevoerd. Voorts staat het proportionaliteitsbeginsel niet in de weg aan die ongeldigverklaring. Deongeldigverklaring dient overigens wel te worden meegedeeld als onderdeel van demededeling van de gunningsbeslissing (art. 7.20.2 jo 7.20.5 ARW 2012).
Een aanbestedende dienst moet ook in een meervoudig onderhandse procedure een opschortende termijn in acht nemen.